Mr.Bean eindelijk uit de zandbak

De woestijn is indrukwekkend maar het berggebied in Oman met zijn dramatische canyons, wadi’s, eeuwenoude lemen bergdorpjes en “deadliest roads” is misschien nog wel mooier/bijzonderder.

Voordat we daar zijn gingen we eerst nog naar Sur. Ik had al verteld dat we per ongeluk in een 5daagse vakantie terecht waren gekomen. Normaal bespreken we niets en kijken we gewoon naar een leuk hotelletje als we ergens zijn. I.v.m. die vakantie keek ik nu de dag van tevoren even op de expedia’s voor een hotelletje in Sur…helemaal niets meer. Uiteindelijk vond Belinda nog 1 kamer op booking.com in het onvolprezen Al Afaih Cornische Hotel&Appartments. Ik kreeg al wat kabbelend kontwater van het feit dat er op booking.com verder niets te vinden was, terwijl de lokatie bijzonder goed leek aan de corniche en strand.

Het feit dat in de buurt van het hotel de geiten op de auto’s liepen en de meeste huizen ingestort waren hielp mijn kontwater niet kalmeren. Toen we binnenliepen kwamen we in een tafereeltje terecht van een Pakistaan achter de balie die een hooglopende discussie had met wat andere potentiële gasten die een reservering zeiden te hebben…maar Piet-Paki had geen kamer meer. Ik bleef er rustig maar hinderlijk aanwezig bij staan. Uiteindelijk stelde Piet mij de vraag wat ik kwam doen. “Ik heb een reservering”…ik zag zijn broek afzakken…

Het was inmiddels duidelijk dat het boekingssysteem van dit tophotel niet helemaal klopte en Piet dicht bij een zelfmoordpoging zat. Lang verhaal kort kregen we een kamer waarvan ik sterk het vermoeden had dat het de personeelskamer was. Het enige positieve dat erover te melden was is dat hij heel groot en redelijk schoon was met idioot veel bedden. In de eveneens heel grote badkamer zat geen enkele scheiding tussen wastafel, douche en wc. Wel was alles volledig verkalkt wat als interessant effect had dat wanneer je de douche aanzette de volledige badkamer nat was. De volgende ochtend bleek dat Piet inmiddels achter de balie sliep op een matrasje…

We hadden gepland 3 dagen in Sur en omgeving te blijven. Dat hebben we direct maar terug gebracht naar 2 dagen. Sur is overigens een leuk plaatsje aan een lagune. Hier worden nog steeds de Dhows gebouwd op traditionele wijze, mooi om te zien.

Vanaf hier zijn we naar Wadi Shab (zie vorige episode) geweest en naar Raz-al-Jinz. Daar zijn de beroemde Turtle-beaches. De grote waterschildpadden leggen op deze stranden hun eieren en dat trekt drommen toeristen…gemiddeld van een leeftijd die zelf geen eieren meer leggen.

Aangezien die eigenwijze beesten het verrekken om dat op een christelijk uur te doen – zal wel iets met islamitische klok te maken hebben – moet je daar dus of ’s avonds laat zijn of ’s nachts om een uur of 4. Wij gingen voor de avondsessie en waren veel te vroeg in het researchcenter/resort. Dat had de lokale bevolking er niet van weerhouden om alvast met idioot veel gezinnen de lobby te bezetten…erg fijn.

Nu wil het geval dat wij er net op een avond waren dat er een stormachtige wind op de kust stond…en dit is al Turtle-laagseizoen (voor Turtles moet je er in Juli zijn…als je er geen bezwaar tegen hebt vervolgens te overlijden van de hitte). Het spektakel zou om 8:30 aanvangen, maar toen kwam de mededeling dat de Rangers nog helemaal geen Turtles hadden gespot. Gelukkig zaten wij net gezellig te kletsen met een ander NL echtpaar die ook op eigen houtje rondtrokken…maar om 10:30 hebben we de pijp maar aan Maarten gegeven toen er nog maar 1 Stoffel was gespot en het onduidelijk was of die überhaupt iets productiefs ging doen.

Het hoogtepunt van de avond kwam echter nog toen we op de kustweg ineens iedereen zagen stoppen en sommigen omkeren. Het bleek dat de storm de golven over de weg spoelde die nu onder water stond…en het was onduidelijk hoe diep het was. Gelukkig was er een moedige Hilux rijder die er doorheen ging rijden…wij erachteraan…en dat ging goed terwijl de golven tegen de Pajero sloegen…had ik al gezegd: Mr.Bean3.

Als adspirant alcoholisten zijn we in dit land continue op zoek naar mogelijkheden om een biertje of wijntje te kunnen drinken. Dat is in Oman legaal in uitspanningen met een vergunning…en die zijn er niet zoveel. In het Sur Beach Hotel zou een licensed-bar moeten zitten. Wij lopen het restaurant in en vragen naar de bar…loopt u maar even mee…de man loopt naar de nooduitgang en doet de deur open… Ineens staan we in een kleine soort van huiskamer vol met “jurken”. Ondanks deze kleding alleen maar mannen die heftig aan het innemen zijn. In de hoek een glazen hokje waarop “No Smoking” staat. Briljant! een hokje voor als je niet tegen de rook kan. Je kan best zeggen dat wij en vooral Belinda, nogal opvallen… Maar ja, als je er dan toch bent. Ik loop naar de bar om wat te bestellen.

Ondertussen wordt Belinda gewenkt door een oude man in de hoek om bij hem te komen zitten. Hij blijkt een echte Sheik te zijn. Naast hem zit zijn lijfwacht die dat al 30 jaar is. Andere barbezoekers lijken zwaar onder de indruk dat wij bij de Sheik aan tafel mogen zitten. De Sheik zelf is een erg leuke/ondeugende man en spreekt 2 woorden Engels…maar thuis heeft hij Whiskey en kunnen we komen eten en slapen…het klinkt bijna aanlokkelijk gezien de kwaliteit van ons hotel. Intussen probeert hij ons dronken te voeren en Belinda aan te klatsen…ik ben benieuwd hoeveel kamelen er geboden gaan worden…

20171203_152925164_iOS

De volgende ochtend konden we het hotel-from-hell verlaten om via de Wadi bani Khalid naar het Desert camp te rijden. Deze Wadi is zeker zo mooi als de Wadi Shab maar veel meer gecultiveerd…minder echt.

We klunen hier met een jong Duits stel en een Zwitser naar een grot. Daarvoor zitten 2 Arabische jochies die goede business doen met toeristen door de grot gidsen. De Duitse wil er graag in, wij ook. Duitse hubbie ziet het niet zo zitten en de Zwitser komt heel voorspelbaar met het verhaal dat hij zu hause alles besser heeft en al enorm veel grotten heeft bekeken, dus deze niet in hoeft. Ik vraag me in stilte af of er ook leuke Zwitsers bestaan?

De grot stelt niet zoveel voor. Wel bijzonder dat de rivier er doorheen loopt en het er reteheet is…iets dat de vleermuizen prima lijken te vinden. To the Bat Cave!

Later raken we aan de praat met een Arabische jongedame volledig in het zwart die graag wil weten wat we allemaal in Oman doen en of we nog naar Al Hamra gaan. Zij werkt daar in het Safah house en nodigt ons uit voor een bezoek. Leuk, gaan we zeker heen.

Dan naar Al Wasit, een onooglijk plaatsje langs highway 23 waar we opgepikt gaan worden door de gids van het Nomadic Desert Camp (zei deel 1 van deze trilogie). We zijn daar wat vroeg en zitten nog even buiten bij een tankstation/restaurantje een Nescafe te drinken. Net als in Turkije vinden ze dat hier koffie. Daar valt nogmaals op hoe Omani-Tokkies – die hebben ze hier ook en rijden altijd in een Lexus LS, de Arabische Honda Civic – de Indiers en Pakistanen behandelen. Stuitend! Ze komen aanrijden, toeteren, dan rent er een Paki naar buiten om de bestelling op te nemen door een minimaal geopend raampje. Hij wordt niet aangekeken terwijl hij afgebekt wordt…deze types zijn duidelijk nog niet bij de Islamitische les waarin wordt uitgelegd dat voor Allah iedereen gelijk is…

Dan begint het avontuur in de woestijn, geweldig! ’s Avonds heel lekker eten en kletsen met wat andere avonturiers en vroeg in het mandje. ’s nachts is het retekoud in de hut, maar we hebben goede dekens…en een zaklamp om überhaupt nog iets te kunnen vinden. Natuurlijk moet er ’s morgens op een kameel gereden worden…dat is eigenlijk best relaxed en makkelijker dan ik dacht.

Als we later in ons eentje onze weg terug vinden naar het dorp, komen we nog een eenzame kameel tegen die hier allemaal loslopen.

Op naar het berggebied rond Nizwa. Om te beginnen Jebel Al Akhdar. Als je daarheen wilt kom je eerst door een politie checkpoint die controleren of je wel 4WD hebt, anders mag je er niet heen. Er zijn in het verleden, vooral tijdens de afdaling, veel ongelukken met 2WD auto’s gebeurd.

Het gebied is schitterend. Relatief veel groen, terrasbouw, kleine dorpjes die aan de bergen “hangen”. Belinda had gelezen van het “Diana viewpoint”. Prinses Diana schijnt daar ooit tijdens een bezoek zwaar onder de indruk te zijn geweest van het uitzicht…dat ben je al snel als het alternatief Charles is, dacht ik, maar wij toch op zoek. In een klein dorpje staan we op een mooie plek bij een Iraans restaurant het uitzicht te bewonderen terwijl de uitbater aan komt lopen met de kaart…of we wat willen eten of drinken…tuurlijk, maar weet je ook waar het Diana viewpoint is? …”daar staat u nu”, zegt de man terwijl hij ons wat meewarig aankijkt… Het was ons al opgevallen dat het er hoogst georganiseerd uitzag met balkonnetje, hekje etc. maar het schetst de lage focus op toerisme dat dit niet verder uitgebuit of zelfs maar aangegeven is.

Van de Oude dorpjes gaat het weer naar beneden om na alle hotel-ontberingen ons maar eens volledig onder te dompelen in de luxe van Golden Tulip Nizwa met kamer, bbq en vooral Bar!! aan het zwembad.

De volgende dag naar de hoogste berg: Jebel Shams. Daar is ook de “Grand Canyon” van Oman: Wadi Guhl. Die staat momenteel droog en we hadden gehoord dat je daar met een beetje beleid een heel stuk in kan rijden. Dat hebben we dus gedaan en is erg spectaculair, wel moeilijk om op een foto te vangen. Het is goed voor te stellen dat met zware regenbuien hier elk jaar wel wat mensen omkomen die de snelheid van de waterstijging onderschatten. Zeker als je ziet wat een enorme rotsblokken er door het water verplaatst en neergesmeten worden.

Via een enorme omweg naar bijna dezelfde plek…maar dan 3000m hoger: Al Khitaym. Een paar huizen, geiten en bejaarden op de top van de berg. Ook hier kom je wel wat toeristen tegen, maar afgezien van wat oude dametjes die armbandjes verkopen is het nog zo authentiek (en arm) als in de middeleeuwen. Geweldige vergezichten over dezelfde Canyon waar we net doorheen gereden zijn.

Op de weg terug raken we aan de praat met een jonge Omani die gids is voor wat chinezen (ik bedenk me dat sinds de Lange mars van Mao volgens mij nooit meer een chinees op eigen houtje is gaan reizen). Hij zegt dat we in Misfat, in het dal, naar zijn huis moeten komen: de hospitality inn. Natuurlijk gaan we daarheen en komen daar zijn familie tegen. Wat een leuke mensen en dorpje. We moeten natuurlijk aan de thee met dadels, die hier bizar lekker zijn. Het dorpje is nog volledig intact en de Falaj (het eeuwenoude irrigatiesysteem) speelt een centrale rol.

We besluiten hier ’s avonds terug te keren voor het huisgemaakte diner, maar eerst naar Al Hamra. Daar zoeken we in de oude (lemen) stad het Safah huis waar we waren uitgenodigd door de dame in Wadi Bani khalid. Met onze mond open dringen we steeds verder door in de oude stad. Eeuwenoude lemen gebouwen met meerdere verdiepingen, sommige half ingestort geven een surrealistische sfeer. Prachtige setting voor een film. Uiteindelijk vinden we het huis en krijgen een enorm warm welkom van de familie en moeten ons als echte toeristen natuurlijk onderwerpen aan het omkleden in traditionele kleding en “oude ambachten” aanschouwen en uitvoeren…en natuurlijk koffie (of wat daarvoor doorgaat) en thee lurken.

’s Avonds heerlijk gegeten en gekletst. De volgende dag zou een spannende worden. Na veel wikken en wegen was ook Belinda akkoord om de bergroute tussen Al Hamra en Rustaq door de bergen te gaan rijden. Dit is een onverharde, onbeschermde dirt road langs diepe afgronden die hier en daar zo in een “deadliest roads” aflevering zou kunnen…maar “no pain, no gain”…je moet wat risico’s nemen om los te komen van de bussen met chinezen en echt mooie dingen mee te maken.

Eerst nog even naar de vrijdag veemarkt bij de Souk in Nizwa. Lachen! Een enorme kakafonie van geiten, schapen, koeien en daarbovenuit schreeuwende boeren en handelslui. Het systeem is dat de potentiële kopers in een cirkel zitten en de verkopers daaromheen lopen met hun waar…en dat schreeuwt dan wat tegen elkaar. Het is me overigens volledig onduidelijk waarom je hier geld zou betalen voor een geit terwijl die beesten echt overal…en ik bedoel OVERAL…rondlopen.

En dan de bewuste weg die eigenlijk wel meevalt, maar o zo mooi is!

We gaan naar Sohar, terug naar de kust. Leuk hotel en kustplaats. Daar ook maar even de Pajero laten wassen die inmiddels de halve woestijn meesleepte.

De laatste stop is Al Ain in Abu Dhabi net over de grens met Oman. Een mooie stad die is ontstaan rond een Oase midden in de woestijn en vroeger een belangrijke stop voor de Karavaans (nee, niet zo’n kutding achter je auto) was. De oase ligt nog steeds midden in de stad en is inmiddels Unesco erfgoed. Bijzonder gezicht. Bij de bron die het Falaj systeem voedt zitten 2 Emerati die ons vertellen over het kameel racen. 1 van hen is jockey…of hoe dat bij kamelen heet? Daar gaan miljoenen in om, niet door het gokken want dat mag niet van Allah (waarom iemand hem dat gevraagd heeft bleef onduidelijk), maar “giften” van de Sheik.

We zien ook nog een boer dadels plukken. Even een touwtje om de middel en de palm en dan naar boven lopen…lijkt eenvoudig…

Natuurlijk moeten we even naar de enige echte kamelen markt in het land. Bizar! Duizenden kamelen worden hier dagelijks aan- en afgevoerd en verhandeld. Ondanks onze, inmiddels, ruime kamelen ervaring vallen we toch erg op in dit gezelschap en komt er direct iemand op ons af die wel wat foto’s van ons wil maken met de kamelen. Prima. Je voelt natuurlijk van veraf aankomen dat dit ergens geld gaat kosten…en ja, na nog wat andere foto’s en aanbiedingen om op een kameel te rijden komen er nog een paar andere handelaren om ons heen staan waarvan er 1 op ons in gaat praten om de fotograaf te betalen voor zijn diensten, en zijn kinderen en het voer voor de kamelen en… Hij vond 25 euro wel een goed bedrag. Toen ik hem uitlachte en mijn portemonnee weer in mijn zak stak was 2 euro ook goed…

Verder nog ff lekker geluierd in de zon in het uiterst hippe Aloft hotel…we hadden inmiddels het weerbericht voor NL gezien…

En zo komt er op Terminal 3 in Dubai een eind aan een mooie en vooral boeiende reis door 2, om totaal verschillende redenen, boeiende landen.

Oman is echt een aanrader als je van mooie natuur en mooie mensen houdt! Het heeft zelfs mijn, doorgaans minder positieve beeld van Arabieren en de Islam genuanceerd.

Cheers, André

Mr.Bean nog steeds in de zandbak

Met dat statement doe ik Oman tekort. Ondanks dat ook dit land op het Arabisch schiereiland vooral uit woestijn bestaat, is het noordelijke deel zeer divers met gebergtes (3000m), schitterende Wadi’s (de lokale naam voor rivieren en oases), diepe fjorden en mooie stranden.

De meest bijzonder Wadi waar we in zijn geweest is de Wadi Shab. Een rivier die uit het hooggebergte komt en vanaf zee te betreden is, waarbij je het laatste gedeelte alleen kan bereiken door stukken te zwemmen. Het hoogtepunt is een grot aan het einde waar je in komt door onder een rotspartij door te zwemmen door een “keyhole” waar je net met je hoofd boven water kan blijven (bij het huidige water niveau). In die grot een surrealistische omgeving met hoge rotsen en een waterval.

We waren hier vroeg naartoe gegaan omdat we, zonder het te weten, in een vakantie van de Omani’s terecht waren gekomen die ook in grote getalen naar dit soort plekken trekken. Gelukkig blijven de locals vooral aan het begin hangen en met de familie picknicken en hebben veel minder behoefte om de idiote capriolen uit te halen die de toeristen zonodig moeten ondernemen.

Anyways, eerst een kort boottochtje over de Wadi, dan een hike langs de oevers die geleidelijk uitdagender wordt (dat wordt het voor mij al snel). Op dit deel kwamen we een leuk Omaans gezin tegen. Hij professor aan de Universiteit van Muscat. Zij huisvrouw met hoofddoek en opvallend moderne opvattingen en hun dochter die in Australië was geboren waar ze jaren gewoond hadden. Toen we het gedeelte bereikten waar gezwommen moest worden haakten zij af door gebrek aan juiste uitrusting. Wij wilden verder en liepen vervolgens tegen een Amerikaans gezin aan met 3 jonge kinderen Ze wonen in Bahrein en hij, John, is piloot bij de US Navy aldaar. Zij hebben een lokale gids: Juma, geweldige vent. We besloten samen verder te trekken.

Juma van Wadi Shab Adventures maakte daarna het verschil. Uiteindelijk zwommen we de grot aan het einde in en mijn mond viel open – niet zo handig onder water – het leek net of het was aangelegd. Juma had bedacht dat Navy-John en ondergetekende ook wel de waterval konden beklimmen en vervolgens van een 8 meter hoge rots afspringen in de grot…zonder hem had ik dat nooit overwogen en was het ook niet gelukt. Uiteindelijk mezelf overwonnen en de Tarzan in me losgelaten! …het duurde even voordat ik de moed bijeen geraapt had om ook de sprong van de rotsen te wagen…

Over rotsen gesproken. In deel 1 van dit reisfeuilleton had ik jullie achtergelaten op weg naar Musandan, het Noorwegen van Arabië. Nu hebben die Arabieren er een beetje een zooitje van gemaakt qua grenzen. Zo is het puntje van het Musandan schiereiland van Oman, alles daaronder is UAE, daarin ligt weer een enclave van Oman…en je gelooft het niet, maar in die Omaanse enclave in de UAE ligt een enclave van…de UAE…bent U daar nog? Wij dus de grens over naar Oman. Dat geeft opvallend weinig problemen of het moet het feit zijn dat het “national day” is in UAE en er meer vlaggen dan zandkorrels in de buurt van de grens zijn en de Emiraties langs de weg vlaggetjes en de lokale…uuuhhh…pap? staan uit te delen…het vlaggetje smaakte beter… Verder vriendelijke beambten met veel papier en stempels.

Waar het in de UAE nog vlak woestijn landschap is met doorgaans heel lelijke bebouwing wordt het over de grens ineens een schitterende weg langs de kust met hoge kliffen en azuurblauw water. We gaan naar Khasab, de wat ingeslapen hoofdplaats van dit stukje Oman. Hotel uitgezocht aan zee met schitterend uitzicht…o.a. op een geankerd jacht dat groter lijkt dan het hotel. Verder het lokale fort bezocht. Later gaan we erachter komen dat elke 2 huizen en een Moskee een fort heeft, meestal van Portugese makelij. Die hebben hier in de 16e en 17e eeuw nogal huisgehouden totdat ze er door de Turken uitgeflikkerd werden.

De reden waarom mensen naar deze uithoek komen is niet de hoogtepunten van Khasab, maar om te varen en duiken langs de bijzonder fraaie kustlijn hier…of om te smokkelen. Yep, de smokkel met Iran is een belangrijke en gedoogde bron van inkomsten hier. Elke ochtend zien we vanaf ons balkon de snelle speedboten terugkeren van de overkant (35 zeemijl). Ze brengen drank en sigaretten naar de overkant en komen met Iraanse meuk terug. De strategische waarde van dit plekje wordt elk kwartier kracht bijgezet door F16s die met donderend geraas laag overkomen.

Wij dus ook de volgende dag inschepen op een traditionele Dhow voor een dagje varen, snorkelen en dolfijnen kijken…klinkt bekend.

’s Avonds eten bij een Iraans restaurant. Het ziet er niet uit maar we hadden gehoord dat het eten erg lekker is…en dat klopt helemaal! En wat een leuke mensen die het zaakje runnen en ons helemaal inwijden in de Perzische keuken.

Van Khasab gaat het weer terug de UAE in richting Al Aqah. Het idee was om daar een leuk hotelletje aan het strand te nemen…maar we zaten ineens in een 5-daagse vakantie door de nationale feestdag en de geboortedag van de profeet…zeg maar islamitisch Kerstmis. Alles zat dus vol…behalve de 600+ euri/dag kamers in het gloednieuwe Intercontinental. Die hebben we maar even gelaten voor wat ze waren en zijn doorgereden naar Fujairah om in een heel leuk resortje te belanden…dachten we… We hadden een kamer met terras direct aan het mooie zwembad…en dat was helemaal leeg…tot een uurtje later alle Pakistanen uit de verre omtrek bedacht hadden met hun hele familie alle andere kamers en het zwembad te bezetten…en zeer belangstellend naar Belinda te gaan kijken die in bikini lag…

Volgende dag een lange rit naar Muscat, de hoofdstad van Oman. Bij de grensovergang UAE – Oman mochten we niet door…omdat we geen origineel kenteken konden overleggen (huurauto, dus kopie). De aardige meneer kon ons wel vertellen dat dat en grensovergang 40km landinwaarts geen probleem was. In het kader van “pick your fights” ben ik maar geen discussie begonnen over het waarom van deze idiotie.

Toen we uiteindelijk Oman inreden kwamen we daar op een splinternieuwe (niet eens bekend op Google maps) 8baans snelweg in de middle of nowhere waar letterlijk helemaal niemand reed…waar is je Bugatti als je hem nodig hebt??!

20171201_065705518_iOS

We hebben het over een land waar tot de jaren 70 geen verharde weg was en de stadspoorten van Muscat ’s avonds dicht gingen. De huidige Sultan die al sinds 1970 aan de macht is, is de grote hervormer. Hij heeft Oman uit de middeleeuwen gehaald en is de grote held. Het mooie is dat dat op een heel andere wijze dan de UAE is gebeurd met behoud van tradities, cultuur en de menselijke maat zonder alle megalomane “ik heb de grootste” kinderachtigheid.

Muscat is een mooie stad tussen zee en bergen. We zitten er in een hotelletje in het oude centrum (Mutrah) met een mooie Corniche (kustweg), Souks en andere typisch Arabische zaken.

Het verschil tussen UAE en Oman komt treffend tot uiting in de Grote Moskee van Muscat. Deze is net als die in Abu Dhabi ook vrij nieuw, enorm groot, ongetwijfeld mega kostbaar…maar ingetogen en uiterst smaakvol.

Hetzelfde geldt voor andere indrukwekkende en nieuwe gebouwen in Muscat zoals de schitterende Opera.

Na een paar dagen Muscat gaan we verder langs de kust richting Sur. We stuiten hier op een interessante manier van vissen. Twee zwaar gemotoriseerde speed/visboten trekken een sleepnet naar het strand tot ze niet verder meer kunnen. Op het strand staat een Toyota Hilux (waarschijnlijk de enige auto die heel blijft met dit zoute water en misbruik) die het water ingereden wordt en vervolgens met een touw dat net verder het strand optrekt. Dat gaat in heel veel slagen om de paar honderd meter aan touw in te halen…met de badgasten wordt niet zo heel veel rekening gehouden…

Onderweg bezoeken we een beroemd Sinkhole waar de lokale bevolking komt badderen. Bizar gezicht in een verder vlak terrein. Leuk zijn ook de knabbelvisjes die aan je voeten knabbelen…ik mocht van Belinda niet testen of ze ook aan andere onderdelen wilden knabbelen…

En alweer blijk ik te lang van stof en blog dus het laatste deel van de reis in het volgende deel te beginnen met ons verblijf in de Omaanse Fawlty Towers in Sur.

Cheers, André

Route

Mr.Bean in de zandbak

Ondanks dat Mr.Bean2 er wat minder op zijn plaats is, is het net of je op zee bent: de woestijn. Het grote niets, echte stilte, echt donker, dramatische vergezichten en het gevoel overgeleverd te zijn aan de elementen. Voor ons voor het eerst en een geweldige ervaring! We zijn in de Wahibi Sands in Oman in onze gehuurde Mitsubishi Pajero en overnachten in het Nomadic Desert Camp…een verzameling hutten van palmoverblijfselen met wat basisvoorzieningen. De rit er naartoe is al spannend want nog nooit in de woestijn gereden. Onze gids van het camp rijdt voor en ik probeer achter hem zo cool mogelijk het geleerde in de praktijk te brengen, kleine stuurbewegingen, niet schrikken van het ‘schuiven” van de auto, vaart maken om een duin op te komen etc…tis net een boot.

Het is 1 van de hoogtepunten van 3 weken rondreizen door de Arabische Emiraten (UAE) en Oman. Een reis die we na 2 weken terug uit Griekenland in grijs en nat Nederland bedacht hebben om de winter te “breken” en een aantal zaken die ik altijd al eens heb willen zien en doen (Dubai, Oman, 4×4 rijden, de woestijn) mee te pakken.

We vliegen met een dubbeldekker van Emirates naar Dubai…om het een keer gezien te hebben, maar vooral om naar de laatste F1 Grand Prix in Abu Dhabi te gaan! Ex-collega en vriend Roelf, die in Dubai woont, heeft kaarten voor ons geregeld en nog veel meer tips voor ons verblijf.

Even voor de mensen die niet helemaal thuis zijn in het Emiraten gebeuren: de United Arab Emirates (UAE) is een land dat bestaat uit 7 Emiraten (soort van Verenigd Koninkrijk). Het grootste (en rijkste) Emiraat is Abu Dhabi. De hoofdstad daarvan is eveneens genaamd Abu Dhabi. Een ander Emiraat is Dubai met als hoofdstad – ze zijn niet bijster creatief daar – Dubai. Oman is een heel ander land dat grenst aan de UAE met als hoofdstad Muscat.

Dubai blijkt niet echt een stad te zijn, meer een aantal kernen met daartussen…uuuhh…meuk. Het is daardoor groot in oppervlakte en je moet echt weten waar je naartoe wilt, want ff lopen is er niet bij om meerdere redenen: het is reteheet (en dit is het koude seizoen), veel te ver en het ligt vol met 10baans snelwegen. Het mist daardoor elke menselijke maat. Dat is op zich niet zo’n bezwaar want er wonen weinig echte mensen. 85% van de inwoners is ex-pat te verdelen in de goedbetaalde westerlingen die in constructie, IT etc. werken en de moderne slavernij met amper betaalde Indiërs, Pakistanen en Filipino’s die het zware/vuile werk doen.

Afgezien van de laatste groep is iedereen erg druk met te laten zien hoeveel geld ze hebben. Dat kan je o.a. doen door je Bugatti te laten vergulden of door minder cijfers op je nummerbord te hebben…wat zegt u? Yep, een normale nummerplaat heeft 5 cijfers. 4 kost meer, 3 veel meer, 2 kost tonnen en 1 miljoenen…en dan heb je…uuuhh…een officieel bewijs op je auto dat je te weinig hersencellen hebt om je op een intelligente manier te onderscheiden… Je kan ook gaan shoppen in de Dubai Mall waar van alles het duurste, grootste en meeste te koop is, logeren in de hoogste, grootste, dikste of whatever suites, een kop thee gaan drinken voor 200 euri in een kunstmatige zeilboot op een kunstmatig eiland tussen andere kunstmatige mensen etc. etc.

Kortom Dubai is leuk om een keer gezien te hebben en prima als je gewoon een mooi hotel met zwembad en zonzekerheid wil hebben…maar ik heb het gezien en hoef er nooit meer heen.

Een beetje authentieker en leuker wordt het in Oud Dubai rond de Creek. Daar is nog een stukje oude stad gerestaureerd en rond de haven met de traditionele Dhows is het een genot om te zien wat er allemaal in deze bijzondere schepen wordt geladen en gelost. Daar zijn ook de oudere Souks, altijd leuk om wat discussies met de handelslui te beginnen.

Dan met Roelf en Tijs naar de F1 in Abu Dhabi. Hier blijkt hoe geweldig de infrastructuur hier is. Ik ben nog nooit naar een GP geweest waar je gewoon op race day zonder enige file tot aan het circuit rijdt, in een parkeergarage parkeert en ’s avonds zonder enige file weer wegrijdt…bizar! De race zelf was erg saai. Zelfs Max kon niet voor enig spektakel zorgen. Wel mooi om het donker te zien worden tijdens de race met alle verlichting. Rond de race is van alles georganiseerd van Arabische handwerk toestanden tot een concert van Pink. Daar tussendoor natuurlijk nog even in Ferrari world gekeken…dat was veel truttiger (beetje autotron) dan ik me had voorgesteld.

De volgende ochtend gaan we onze Pajero ophalen…soort van Mr.Bean3…langzaam, groot, schommelt en de 3.5 V6 gebruikt grote hoeveelheden brandstof. In dit geval benzine, diesel personenauto’s kennen ze hier niet…en met 40cent/liter is er ook weinig aanleiding toe. We gaan nogmaals naar Abu Dhabi maar nu om de plaats te bekijken. Het is duidelijk dat dit Emiraat nog rijker is dan Dubai. Zodra je de grens over gaat wordt het groen. Yep, enorme ontziltingsinstallaties en irrigatiewerken zorgen ervoor dat hier gewoon een bos groeit. De stad zelf is ook al groen, veel minder meuk dan in Dubai…best fraai maar het heeft eveneens geen enkele ziel. Wel de grootste vlaggenmast, de hoogste suite…kortom “ik heb de grootste”.

Zo ook de grootste Moskee…en die is adembenemend. Zelden zoiets moois gezien. Er is duidelijk met enorme hoeveelheden geld gesmeten…maar dat heeft wel iets heel moois en smaakvols opgeleverd. Dus Belinda in een lap gewikkeld en naar binnen.

En als je dan zoveel geld hebt besteed om de wereld te laten zien dat Allah toch echt wel de allerAkbarste is, dan heb je het volste vertrouwen in de chef zijn bescherming als je 1 van zijn koepeltjes ontdoet van vogelpoep (de betreffende vogel zal ongetwijfeld een verschrikkelijk lot beschoren zijn).

20171127_101258783_iOS

Ze hebben er ook net een dependance van het Louvre geopend, ongetwijfeld na een poging het originele pandje in Parijs te kopen en te verplaatsen…dat ging zelfs de Fransen te ver. Daar hebben ze nu ook het duurste schilderij ter wereld (DaVinci) hangen, ongetwijfeld na en poging de nog duurdere DaVinci (die met die glimlach) te kopen…maar ook dat ging zelfs de Fransen te ver.

De volgende dag verlaten we onze mooie suite in het Dubai Marina district en gaan op pad. Als eerste richting het Noorden: het schiereiland Musandan dat tot Oman behoort en strategisch zeer belangrijk de kurk van de Perzische Golf vormt. Het wordt het “Noorwegen van Arabië” genoemd door de fjorden en steile bergen in zee.

Daarover en de rest van de reis door het schitterende Oman volgende blog meer…want deze begint al een beetje te lang te worden.

Voor de liefhebber hieronder een kaartje met de (zeer grove) route die we gereden hebben.

En de Mr.Bean2 fans die dit allemaal toch wel erg droog vinden kan ik geruststellen: 21 februari vliegen we terug naar ons huis op Leros om het na een paar klussen en dagen weer te water te laten!

Cheers, André

Route